Wakers bij het hek van Kamp Zeist

Liturgie als wapen

Het kerkasiel heeft een aantal theologen verontrust. Marcel Barnard heeft er een artikel over geschreven in Woord en Dienst. Elsbeth Gruteke heeft zijn argumenten overgenomen voor een programma van de EO. De zorg is dat de liturgie hier ingezet wordt als een wapen. Maar hoe werkt dat dan, liturgie als wapen? Ik heb hier een voorbeeld bij.

Daarvoor moet ik iets meer dan een maand terug (de tekst is van dec 2018). Culemborg is in rep en roer. Onverwacht zijn de twee broers Andropov opgepakt en opgesloten in het detentiecentrum Zeist. Binnen twee dagen zullen ze uitgezet worden. De enige concrete actie die de betrokken burgers overblijft, is het organiseren van een wake. De tijd is kort, er wordt een facebookevent aangemaakt en er worden mails doorgestuurd. De wake zal al de volgende dag zijn.

Ervaren actievoerders in het comité stellen belangrijke vragen. Mag dat zomaar, een wake? Is dat niet een soort demonstratie? Moet daar geen vergunning voor worden aangevraagd? Kan dat op deze korte termijn? De Wake groep Zeist wordt door de Culemborgers opgebeld. Zij hebben hier veel ervaring mee. Demonstreren mag altijd, het blijkt een grondrecht. Wel moet het op tijd gemeld worden bij de bevoegde instantie. Bij een noodwake kan de gestelde termijn niet gehaald worden. Tot nu toe is dat toegelaten. Aangeraden wordt om geen fakkels te gebruiken, maar elektrische waxinelichtjes.

De volgende dag komen er ongeveer dertig mensen bij elkaar op de parkeerplaats voor het detentiecentrum Zeist. Het is al donker. Zodra ze op weg gaan naar de poort, gaat deze open en komt er een politiebusje naar buiten rijden.

Het is onduidelijk hoe het werkt met een wake aanmelden. We staan immers wel bij een detentiecentrum. Misschien kan onze demonstratie toch nog verboden worden. We zouden met te veel deelnemers kunnen zijn. Een beroep op de openbare orde is altijd mogelijk. En er staat spanning op deze wake. Het is nog maar drie dagen geleden dat een nota van vooraanstaande wetenschappers op het Binnenhof werd gepresenteerd. Deze nota Scherder toont aan hoe schadelijk detentie en uitzetting is voor kinderen. Daags na de presentatie zijn de jongens opgepakt, alsof de politiek wil laten zien, dat dit hun niets doet. De publieke verontwaardiging is groot. Zouden de bewakers daarbinnen zich hier zorgen over maken? Zijn ze bang dat het helemaal uit de hand loopt? Hoeveel mensen zitten er eigenlijk in het busje? Zijn ze klaar om te bellen en versterking te vragen?

Binnen de groep zijn veel kerkmensen. Ze hebben vaker samen gedemonstreerd. Bijna intuïtief steken ze hun lichtjes aan, en lopen rustig vooruit. Ze beginnen het Taizé lied te zingen, dat met zijn slepende melodie het protestlied begint te worden van het kinderpardon.

Als alles duister is, ontsteek dan een lichtend vuur, dat nooit meer dooft.

De mannen in de bus, draaien het raampje open, en laten de groep voorbij lopen op weg naar het hek. De spanning ebt weg. Ze hebben besloten niet in te grijpen.

Wat gebeurt hier precies? Waarom werkt dit? Waarom heeft het zingen van een eenvoudig lied zo’n de-escalerend effect? Misschien verklaart de psychologie het wel. Het is lastig geconcentreerd zingende mensen streng toe te spreken. Maar daarmee is niet alles gezegd. Het komt ook door het lied.

Als alles duister is, ontsteek dan een lichtend vuur, dat nooit meer dooft.

Allereerst wordt het gezongen voor de opgesloten broertjes. Hun situatie is grimmig, en ieder sprankje hoop is nodig voor hen. Maar de actievoerders zingen ook voor henzelf. Ze voelen zich machteloos, en het zingen van het lied geeft ze toch nog de kans iets te doen. Maar het zingen is ook voor de bewakers. Zij voeren hun werk uit, en moeten ervoor zorgen dat alles volgens goede orde verloopt. Zouden zij er voor gekozen hebben om kinderen op te moeten sluiten? Voor hen is dit waarschijnlijk ook het moeilijkste, misschien het donkerste onderdeel van hun werk. Het lied sluit ook hen in.

Als alles duister is, ontsteek dan een lichtend vuur, dat nooit meer dooft.

Het lied zingt van het verlangen naar de vrede, en het is een uitnodiging om aan de vrede bij te dragen. Het stelt bewakers gerust. Het laat zien dat de demonstranten afzien van agressie en nodigt hen uit hetzelfde te doen.

Zo werkt het kerkasiel ook. Het beschermt de familie Tamrazyan tegen de Dienst Terugkeer en Vertrek. Maar het beschermt de DT&V ook tegen het schenden van zijn eigen aard. De dienst is onderdeel van het Ministerie Justitie en Veiligheid en behoort bescherming te bieden aan eenieder die dat nodig heeft. Het beschermt politici tegen zichzelf. Ze hoeven niet, gedreven door angst, onschuldige kinderen schade aan doen.

De liturgie is een wapen, maar gericht op de verdediging. En die is niet alleen voor hen die toevallig in de kerk zitten, maar voor iedereen binnen het bereik van het gezang en het gebed. Dat moeten de gelovigen zich door geen enkele theoloog laten ontnemen.